Een vader loopt met in de ene hand een blote barbie en aan de andere hand zijn dochtertje door het water te slenteren.
Een oma wordt nagespetterd door haar kleinzoon die stiekum achter haar aan de zee was ingelopen.
Een geel balletje wordt weggegooid door het baasje en de trouwe hond haalt het kleinood uit de golven.
Waggelend valt de peuter met pamper van de ene plas in de andere. Opstaan, eerst bibs omhoog daarna de handen los van de grond.
Hoge golven van een passerende grote boot. Vlug naar het water rennen.
Alle palen die als golfbreker dienst doen zijn onder water, behalve de twee het verste weg. Daarop houdt een meeuw fier de wacht. Het is vloed.
Kuilen graven, water aandragen, geulen aanleggen, schelpen zoeken, taartjes bakken; vader heeft het druk.
Zilte lippen kussen, een hand op haar rondingen, ogen die elkaar zoeken, de kleppen van de petten zitten in de weg.
Wafels met poedersuiker, stroop, slagroom of ‘goeie’ boter.
De Sligro brengt zelfs hier op het strand de bestellingen.
Slapen, rusten, puffen, drinken, schaduw zoeken.
Zwembroek aandoen onder een klamme, te kleine handdoek.
Wachten boven aan de trap op het duin, het was steiler dan gedacht. Opa komt wat later.
Krijsende meeuwen, ruisende golven, zingend kind.
Timmerende vaders, met de palen van het luifel in de weer. Strandstoelen opzetten, ondersteboven, achterstevoren, binnenstebuiten. Het strandkot wordt ingericht en uitgeladen. Tassen en kleren er in, stoelen en luifel er uit.
Saté met friet, bellende ijscoboer met Magnums, een blikje Palm. Meloen.
Een blauwe kwal wiegt langs een te wit been.
Zoeken naar een stukje schaduw dicht tegen het deurtje van het kot. Luifel te kort. Geen parasol. Zon in overvloed.
Veel goud en net te bruin. Met pet en zonnebril en in een ballenknijper paraderend langs de vloedlijn. Keffende poedel achtervolgt hem.
Romantisch licht, schijnsels via de wolken, vlak over het water door de heiïge lucht. Blinkend op het zilte nat, voorbij krachtige palen met groen.
Krabjes krioelen in warme plassen en glippen door grijpgrage kinderhanden. Emmertjes met zeesterren worden hun huis.
Slapende baby in een hempje onder de parasol. De wind in het haar, het zand op de wangen, in dromenland.
Ondergaande zon, voorbij de overkant van Cadzand. Laat slierten van licht achter via golven gekaatst.
Palen laten zich fier en groen weer zien. Het is eb. Met schelpen behangen en zeewier getooid, laten ze zich beklimmen door kinderkroost, huppend van paal naar paal.
De kustwacht is paraat. Vliegt en vaart voor onze veiligheid. Pilots halen schepen binnen of brengen ze weg. Krachtige machines veroorzaken bonkend hun schuim in zee.
Mooi, zacht en fijn zand, zoals nergens. Breed en schoon strand met veel schelpen, geen kiezels. Niet al te druk. Families en verliefden. Opa’s en oma’s. Kinderen. Honden. En barbies.
Zomaar een dag in Zoutelande Strand 5 Westerstrand Dingemans 203